Rudolf werkt bij een hospice

Interesse in mensen. Dat heeft Rudolf de Boer (69) altijd gehad. Zes jaar geleden werd hij vrijwilliger bij een hospice in Groningen. Een huiselijke plek voor mensen in hun laatste levensfase. De dood is er altijd dichtbij. Dat maakt het werk moeilijk én mooi tegelijk. 

Rudolf werkt tien uur per week in het hospice en doet ook pr-werk. Hij ondersteunt bij de verzorging van gasten, houdt kamers netjes en biedt een luisterend oor. Als gasten wensen hebben, probeert hij dit te regelen. Rudolf: ‘Elke gast is anders en heeft andere behoeften. Maar ik merk dat echt contact voor bijna iedereen belangrijk is. Er is diepgang in gesprekken, je komt snel tot de kern. Ook is er vaak verdriet, zeker als iemand nog jong is en bijvoorbeeld een gezin achterlaat. Dat raakt me.’ 

Bij een voorlichtingsdag van Humanitas hoorde hij over het Groninger hospice. ‘Na mijn pensioen wilde ik graag iets doen. In mijn werk was ik al gewend om met verschillende mensen in allerlei situaties om te gaan. Mensen en hun verhalen boeien me! Als iemand naar een hospice gaat, is dat vaak spannend en moeilijk. Juist dán is het belangrijk om jezelf te kunnen zijn, je thuis te voelen. Om je verhaal te kunnen delen als je dat wilt. Daar kan ik als vrijwilliger een beetje bij helpen.’

We lachen veel in het hospice. Dat geeft ruimte.

Soms laat het hem niet los. Vooral als hij in het donker weer naar huis fietst. ‘Dan neem ik een glas wijn en praat erover met mijn vrouw. Verder wandel, schaats en fiets ik graag, om goed in balans te blijven. Ook humor is belangrijk. We lachen veel in het hospice! Met alle vrijwilligers, met de gasten. Dat geeft ruimte.’